maandag 16 december 2013

Interview met VPRO Boeken

BLOKJE OM: BULGAARSE LITERATUUR

Op 16 december 2013 publiceerde VPRO Boeken op haar website een interview over Bulgaarse literatuur. Het is deel 11 van een reeks Blokje om, verzorgd door Saskia Veen.

"Een kwart eeuw geleden viel het IJzeren Gordijn, maar toch weten we vaak maar weinig over Oost-Europese literatuur. De rubriek 'Blokje om' brengt daar verandering in. We meanderen van noord naar zuid langs de voormalige grens. Afl. 11: Bulgarije. [....]
     Maar er is vast meer onder de zon. We vragen het Jan Paul Hinrichs. Hij is vakreferent Slavische talen aan de Leidse Universiteitsbibliotheek en auteur en vertaler. Jan Paul schreef boeken over Slavische literatuur waaronder De mythe van Odessa en een biografie over Nicolaas van Wijk, de grondlegger van de Nederlandse slavistiek die dit jaar honderd jaar bestaat. Zijn blog bevat talrijke stukken over Russische, Bulgaarse en Baltische literatuur. Als student verbleef hij in de communistische tijd een jaar in Bulgarije. Hij vertaalde veel Bulgaarse poëzie. Leverbaar is Mijn gegrom beschermt het paradijs, een keuze uit de gedichten van Nikolaj Kuntsjev.

Wat is kenmerkend en onderscheidend aan de literatuur uit Bulgarije?
Bulgarije kwam aan het einde van de middeleeuwen onder een Osmaans gezag dat tot 1878 duurde. In het Westen gangbare literaire genres ontwikkelden zich er pas in de negentiende eeuw. Bulgarije heeft, in tegenstelling tot Polen of Tsjechië, daarom een jonge literatuur. Tijdens de Koude Oorlog lag het land erg geïsoleerd: in deze uithoek van het Oostblok, waar buitenlandse correspondenten alleen uit landen als de DDR of Cuba kwamen, kon men het zich moeilijk veroorloven om, zoals in Praag of Warschau, ‘dissident’ te zijn. De belangrijkste criticus van het regime, de naar Londen uitgeweken Georgi Markov, moest zijn praatjes voor de BBC in 1978 met de dood bekopen: een politieke moord met een gifparaplu die uniek blijft voor het hele Oostblok. Markov is beroemd om zijn dood, niet om wat hij geschreven heeft, hoe bijzonder dat ook is. Tot nu toe heeft geen enkele Bulgaarse schrijver een grote internationale status verworven. Bulgaren worden daar soms wat moedeloos van. Toch heeft Bulgarije een interessante poëtische traditie die wortelt in de eigen folklore maar ook aansluit bij westerse stromingen.

Hoe is de leescultuur daar? Wordt er veel gelezen, en door wie?
In de communistische tijd was de censuur in Bulgarije strakker dan in Polen of Tsjecho-Slowakije. Op school werd de eigen literatuur intensiever behandeld dan in Nederland. Ideologisch goed liggende auteurs kregen een overdreven hoge positie maar het meeste aanzien behielden schrijvers uit de tijd voor het communisme. Er waren opvallend veel boekhandels, tot in de kleinste plaatsjes toe. In Bulgarije had men ook de meeste kans interessante boeken uit de Sovjet-Unie kopen: voor Russische toeristen vormde dit zelfs een reden het land te bezoeken. Na 1989 sloten bijna alle boekwinkels en verplaatste de verkoop zich naar klaptafeltjes op straat. Uit armoede werd er nauwelijks nog literatuur gekocht. Tien jaar lang zagen Bulgaarse boeken er heel armoedig uit. Inmiddels gaat het beter, maar boekenuitgevers hebben zoals overal veel concurrentie van internet en andere media.

Welk boek moet beslist nog worden vertaald naar het Nederlands?
De keuze is niet moeilijk: Bai Ganjo. Onwaarschijnlijke verhalen van een moderne Bulgaar door Aleko Konstantinov (1863-1897), de enige schrijver die in Bulgarije alleen met zijn voornaam wordt aangeduid. Het is een uitgesproken komisch boek uit 1895 over een Bulgaarse handelaar in rozenolie die als een even onbeschaamde als wantrouwige profiteur Europa doorkruist en eenmaal terug in eigen land zich met omkoperij en verkiezingsfraude inlaat. Het boek is voor Bulgarije wat Gogols De dode zielen voor Rusland en Elsschots Lijmen voor Nederland en Vlaanderen zijn: een onverwoestbare bron van citaten en vergelijkingen. Bai Ganjo vormt de beste benadering van wat men met een glibberig begrip wel het nationale karakter noemt. De tekst behoeft voor buitenlanders wel enige annotatie en uitleg maar de Engelse uitgave uit 2010 bewijst dat een vertaling goed kan uitpakken. Los hiervan hoop ik dat eens de uitgave van een substantiële bloemlezing van Bulgaarse poëzie mogelijk is.

Welk fragment aan proza of welke poëzie zou u met ons willen delen?  


Mijn keuze valt op het gedicht ‘Zonsopgang’ van Nikolaj Kuntsjev (1936-2007). Het is een kwart eeuw geleden dat ik deze dichter begon te vertalen, maar nog altijd geniet ik van zijn verrassende poëtische beelden en paradoxale associaties. De wereld lijkt bij Kuntsjev in een bliksemachtig korte flits van verwondering nieuw geboren en gezien door de ogen van een kind – fris, archaïsch, ontdaan van alledaagse sluiers.

Zonsopgang

In de nacht werd ik sidderend wakker: in het duister
kropen rode mieren van de sterren over me heen...
En het lawaai dat uit de grot stroomde trachtte
met eindeloze kletspraat mijn leven te bekorten.

Hier in het licht ontvouwt de grot zelf
een fabelachtige lach met tanden van stalactieten.

Geen woord meer, over niets, stil
haalt de zon een anker op in de verte, om weg te zeilen...
De tijd vliegt, maar ik ben erboven: ik kijk
hoe langzaam de brug de rivier voorbijgaat.

| Zie voor het hele stuk de website van VPRO Boeken:
http://boeken.vpro.nl/artikelen/2013/december/blokje-om-11-bulgarije.html

Klik op de label hieronder voor een overzicht van meer berichten over Bulgaarse literatuur op deze blog.